Schulden klein houden en perspectief bieden

Een paradigmashift in de incasso

Schuldeiser als procesinleider, of deurwaarder als poortwachter?

Bron: André Moerman en Nadja Jungmann
uur

De Adviescommissie voor burgerlijk procesrecht heeft een advies uitgebracht om het onderscheid tussen de dagvaardings- en verzoekschriftprocedure op te heffen. De commissie stelt voor dat de deurwaarder niet langer een dagvaarding overhandigt. Daarvoor in de plaats adviseert de commissie dat een schuldeiser zelf bij de rechtbank een verzoekschrift kan indienen. Deze voorgestelde wijzigingen zullen bij schuldenproblematiek er onbedoeld toe leiden dat de schuldenlast van debiteuren (verder) gaat oplopen. De wijzigingen staan ook haaks op voorstellen van het huidige kabinet om de rol van de deurwaarder in situaties waarin de debiteur meerdere schulden heeft, juist te versterken.

 

Volgens het advies van de Adviescommissie voor burgerlijk procesrecht is de deurwaarder voor de start van een procedure niet meer nodig. Een schuldeiser moet ook bij geldvorderingen zelf een procedure bij de rechtbank kunnen starten. De commissie gaat hiermee geheel voorbij aan de rol van de deurwaarder als poortwachter en allerlei ontwikkelingen om deze rol te versterken. Het is om diverse redenen wenselijk dat de deurwaarder de rol van procesinleider blijft houden.
 

  1. Deurwaarder heeft vakkennis over de grootste kans om een debiteur te bereiken. Debiteuren zijn moeilijk te bereiken. Dat ligt besloten in de aard van schuldenproblematiek. Deurwaarders proberen in de buitengerechtelijke fase op verschillende manieren in contact te komen en als dit niet lukt uiteindelijk via de bij voorkeur persoonlijke overhandiging van de dagvaarding. Dit zijn verschillende momenten waarop een juridische procedure met de bijbehorende kostenoploop, kan worden voorkomen. Het is zowel in het belang van schuldeisers als van debiteuren deze kansen niet weg te nemen.
     
  2. Beslagregister kan zinloze procedures voorkomen. De deurwaarder moet voorafgaand aan de dagvaarding via het beslagregister nagaan of de vordering op de debiteur binnen 36 maanden verhaalbaar is. Wanneer dit niet het geval is wordt de schuldeiser de keuze gegeven om de dagvaarding al dan niet door te zetten. Deze controle valt weg als de schuldeiser zelf een verzoekschrift indient.
     
  3. De Verwijsindex schuldhulpverlening (Vish) kan zinloze procedures voorkomen. De deurwaarder moet voorafgaand aan de betekening van de dagvaarding nagaan of de debiteur een schuldhulptraject is gestart. Wanneer dit het geval is zal de schuldeiser het advies krijgen om een pas op de plaats te maken. Deze controle valt weg als de schuldeiser zelf een verzoekschrift indient.
     
  4. Wet kwaliteit incassodienstverlening (Wki) is van toepassingen. Voor deurwaarders, maar ook voor incassobureaus en incassoadvocaten gelden de kwaliteitseisen zoals geformuleerd in de Wki. Dit betekent onder meer dat er gecommuniceerd moet worden op B1-niveau, dat er gewezen moet worden op de mogelijkheden van schuldhulpverlening en dat er informatie verstrekt moet worden over Stichting 113-zelfmoordpreventie. Dit laatste omdat onderzoek uitwijst dat een op de vier zelfmoorden voor een belangrijk deel of geheel geworteld zijn in schuldenproblematiek. Deze vereisten gelden niet voor schuldeisers.
     
  5. Ontwikkelingen t.a.v. het opstellen van een collectief afbetalingsplan en de invoering van de zorgplicht voor de deurwaarder. Er zijn ontwikkelingen gaande om het incassostelsel zo in te richten dat schuldeisers gestimuleerd worden om te gaan voor het collectieve belang, dat wil zeggen het gezamenlijk belang voor alle schuldeisers en de debiteur. Dat een schuldeiser dan zelf buiten de deurwaarder om, een procedure kan starten, staat hier haaks op. Een schuldeiser heeft geen zicht op andere schulden en zal doorgaans voor het eigen belang gaan.


Er zijn allerlei redenen om aan te nemen dat de adviezen van de commissie bij diverse rechtsvraagstukken meer eenvoud brengt en te hoge drempels slecht. Bij de schuldenproblematiek verwachten wij echter een averechts effect. De voorstellen van de Adviescommissie werken in de hand dat de drempel voor schuldeisers om een vonnis te vragen lager wordt. Het ligt in de rede dat dit gaat leiden tot forse meerkosten voor debiteuren die hun vordering niet betaalden vanwege een tekort aan middelen. Zie de rekenvoorbeelden op schuldenkleinhouden.nl.

De wens van de commissie om de toegang tot de procedure om verweer te voeren laagdrempeliger te maken kan ook ingevuld worden door de inhoud van de dagvaarding toegankelijker te maken. Bovendien kan de rechtbank zelf ook een brief met datum en tijdstip nasturen. Al moet ook hier worden vastgesteld dat bij geldvordering waarbij men het eens is met de vordering, maar niet kan betalen, naar de zitting gaan doorgaans niet zo zinvol is.  


Lees hier het volledige artikel van André Moerman en Nadja Jungmann in het Nederlands Juristenblad.